Jaarverslag 2017
Examencommissie secundair onderwijs

Infosessie

Wie Examencommissie overweegt, moet een verplichte infosessie volgen. De kandidaat registreert zich, krijgt alle belangrijke info en kan na de sessie vragen stellen aan een van de medewerkers.

22%

Van alle deelnemers aan de infosessie beslist 22% om toch niet in te schrijven bij de Examencommissie.


Dat niet iedereen zomaar inschrijft, toont het belang van de infosessie. Het blijkt wel degelijk een moment van reflectie te zijn. Dat is een goede zaak want Examencommissie is zelfstudie en vraagt de nodige motivatie. We vinden het belangrijk dat kandidaten zich afvragen of het echt iets voor hen is.


35
infosessies


4570
registraties


3551
nieuwe kandidaten

Kandidaten

Een kandidaat kan op elk moment van het jaar inschrijven en op eigen tempo examens afleggen. We werken niet met schooljaren of vaste periodes. Het is dan ook niet makkelijk om een exact cijfer te geven van het aantal actieve kandidaten in 2017. We beperken ons tot alle kandidaten die in dat jaar minstens 1 examen hebben afgelegd.

73%

73% van de kandidaten stapt minder dan een jaar na het verlaten van de school naar de Examencommissie of zit nog op de schoolbanken. Schoolverlaters komen veel sneller dan vijf jaar geleden bij ons terecht. Toen lag het aantal nog op 53%.

De instroom gaat niet alleen veel sneller. Kandidaten kiezen ook steeds vaker voor de combinatie. Ze zijn ingeschreven als regelmatige leerling op school en nemen deel aan examens bij ons. In 2017 gold dat voor 34% van de kandidaten. Op vijf jaar tijd zien we een stijging van meer dan 60%.

5844 actieve kandidaten

Leeftijd kandidaten

Herkomst kandidaten

Studierichtingen

We geven een beeld van de werkelijke instroom in 2017: kandidaten die zich voor het eerst inschreven voor een studierichting bij ons. Kandidaten die in de loop van 2017 zijn overgestapt naar een andere studierichting nemen we niet op in de cijfers. Ook kandidaten die geslaagd zijn in de eerste of tweede graad en in de loop van het jaar doorgestroomd zijn naar de volgende graad zitten niet in het overzicht.

Eerste graad

onderwijsvorm studierichting aantal %

aso

Moderne wetenschappen

63

100%

Tweede graad

onderwijsvorm studierichting aantal %

aso

Economie

24

24%

Humane wetenschappen

32

31%

Latijn

5

5%

Wetenschappen

41

40%

bso

Kantoor

56

100%

kso

Beeldende en architecturale kunsten

4

100%

tso

Handel-talen

28

100%

Derde graad

onderwijsvorm studierichting aantal %

aso

Economie-moderne talen

166

19%

Economie -wetenschappen

0

0%

Economie - wiskunde

53

6%

Humane wetenschappen

374

43%

Latijn-moderne talen

17

2%

Latijn-wetenschappen

14

2%

Latijn-wiskunde

11

1%

Moderne talen-wetenschappen

46

%

Moderne talen-wiskunde

9

1%

Wetenschappen - wiskunde

182

21%

Derde graad

onderwijsvorm studierichting aantal %

bso

Kantoor-kantooradministratie en gegevensbeheer

620

39%

Kantoor-logistiek

247

16%

Kantoor-kantooradministratie en gegevensbeheer*

351

22%

Organisatiehulp – organisatieassistentie*

350

22%

Publiciteitsgrafiek - publiciteit en Illustratie*

18

1%

kso

Beeldende vorming

38

76%

Muziek

12

24%

Derde graad

onderwijsvorm studierichting aantal %

tso

Farmaceutisch technisch assistent

51

6%

Fotografie

48

6%

Handel

219

28%

Lichamelijke opvoeding en sport

67

8%

Onthaal en public relations

90

11%

Secretariaat-talen

89

11%

Sociale en technische wetenschappen

226

29%

10%

Onze hervorming in de derde graad bso heeft het beoogde effect niet gemist. Kandidaten kiezen minder snel voor bso als ze plannen hebben om verder te studeren. Dat heeft alles te maken met de sterkere profilering van bso als arbeidsmarktgerichte studierichting.

Het zorgde in 2017 voor een bescheiden verschuiving van kandidaten. 10% minder kandidaten in bso, maar 5% meer in aso en 5 % in tso.

Examens

Kandidaten plannen de examens zelf. Wij organiseren elk examen minimum 4 keer per jaar. We garanderen de kandidaten voor elk vak een beschikbare plaats binnen 4 maanden.

In 2017 organiseerden we 59016 examens. Daarvan werden er 40509 effectief afgelegd.


26441
digitale
examens


15706
schriftelijke examens


12501
mondelinge examens


4368
praktijk-
examens

31%

Een examen plannen maar toch niet deelnemen. Het gebeurt regelmatig.

In 2017 kwam 31% van de kandidaten niet opdagen op een examen. We voerden een nieuw examenreglement in om het absenteïsme terug te dringen. Sinds mei 2017 mogen kandidaten 4 keer per jaar niet deelnemen zonder zich te moeten verantwoorden. Bij de vijfde niet-deelname worden ze 2 maanden geschorst. De maatregel heeft zijn effect niet gemist. Kandidaten zijn vaker aanwezig op het geplande examen.

64%

Kandidaten krijgen bij hun inschrijving 3 examenbeurten per vak. Ze hebben 3 kansen per jaar om te slagen voor het examen. Lukt dat niet, dan moeten ze wachten tot 1 januari van het volgende jaar. Dan krijgen ze opnieuw 3 examenbeurten.

In alle graden en onderwijsvormen schommelt het slaagpercentage op de examens tussen 60% en 70%. Behalve in de derde graad. Daar ligt het slaagpercentage in aso (52%) en tso (55%) opvallend lager.

onderwijsvorm aantal examens slaagpercentage

Eerste graad

aso

422

69%

Tweede graad

aso

653

60%

bso

406

66%

kso

13

92%

tso

169

63%

totaal

1241

63%

Derde graad

aso

7890

52%

bso

23383

72%

kso

442

71%

tso

6830

55%

totaal

38545

65%

Diploma's en getuigschriften

We reikten in totaal 1700 diploma’s en getuigschriften uit. Van alle kandidaten die in de loop van het jaar een studiebewijs ontvingen, deed de mediaan er vanaf zijn deelname aan de infosessie 483 dagen over. Dat is ongeveer een jaar en 4 maanden.


49
getuigschriften


1651
diploma's


1700
totaal studiebewijzen

Evolutie aantal diploma’s per jaar

Vrijstellingen

Als je als kandidaat kan bewijzen dat je de volledige inhoud van een vak eerder met succes hebt afgelegd op school, in het volwassenenonderwijs of in hoger onderwijs, dan kan je een vrijstelling aanvragen. Het resultaat mag niet ouder zijn dan 7 jaar.
Het is vrij logisch dat we meer vrijstellingen toekennen in aso dan in de andere onderwijsvormen. Kandidaten die in bso, kso of tso niet slaagden voor GIP en stage, krijgen bij ons geen vrijstelling voor de specifieke vakken van de studierichting. Net die GIP en stage blijken een struikelblok te zijn, waardoor we voor specifieke vakken vaak geen vrijstelling kunnen geven.

vrijstellingen aso bso kso tso

aanvragen

1314

1321

60

2098

toekenningen

65%

26%

28%

50%

67%

De meeste vrijstellingen werden toegekend op basis van het jaarrapport en het oriënteringsattest van kandidaten die niet slaagden in het laatste jaar secundair onderwijs.

16% van de vrijstellingen werd gegeven op basis van certificaten uit het volwassenenonderwijs.

Ondersteunende maatregelen

Kandidaten die ondersteunende maatregelen willen op basis van een gemotiveerd attest, krijgen na onze goedkeuring het GA-statuut. Dat is een statuut waarmee ze examens kunnen plannen waarop we automatisch de toegekende ondersteuning geven. De inhoud van het examen is uiteraard gelijk voor alle kandidaten van de Examencommissie.


409
kandidaten met het GA-statuut


2114
examens in de GA-categorie

7%

Het aantal kandidaten dat gebruik maakt van ondersteunende maatregelen schommelt al vele jaren rond 7%. De meeste kandidaten met een GA-statuut hebben een leerstoornis zoals dyslexie of dyscalculie.

Kandidaten die als Belg in het buitenland wonen, kunnen na goedkeuring door ons examen afleggen in een kantoor van Flanders investment & trade (FIT) of Buitenlandse zaken (BZ). Voor digitale examens is het ook mogelijk om thuis een proctorexamen af te leggen. Uiteraard met de nodige controle op fraude door een firma die erin gespecialiseerd is.


53
Kandidaten
proctor


12
Kandidaten
kantoor FIT of BZ


45
Kandidaten gevangenis

2%

In principe komen alle kandidaten naar Brussel of een van onze praktijklocaties om examen af te leggen. Bijna 2% van de kandidaten kreeg echter de toestemming om examen op afstand af te leggen. Thuis, in een kantoor van een buitenlandse partner of in een gesloten instelling.

In de gevangenissen werken we samen met de onderwijscoördinatoren van de instellingen. Zij zorgen ervoor dat de examens kwaliteitsvol verlopen.

Medewerkers

De dagelijkse werking is in handen van 48 medewerkers. Team Toetsing staat garant voor de inhoud en team Planning & organisatie voor de dienstverlening. De IT-collega’s zorgen ervoor dat de werking nagenoeg volledig digitaal verloopt.
We werken ook met een netwerk van 225 externe medewerkers. Ze zijn onontbeerlijk voor de organisatie van alle examens maar brengen ook waardevolle ervaring en expertise in huis vanuit heel wat Vlaamse scholen.


65
toetsontwikkelaars


85
examinatoren


88
toezichters


124
correctoren

Evaluatie onderwijsinspectie

Een allereerste evaluatie door de onderwijsinspectie schetst een mooi beeld van de Examencommissie anno 2017. De bevestiging dat de getuigschriften en diploma’s gelijkwaardig zijn aan studiebewijzen die het reguliere onderwijs aflevert is een kwaliteitsgarantie voor de kandidaat, maar ook een fijne bevestiging voor de Examencommissie zelf.

Onze sterke punten

  • De visie en systematiek om examens af te stemmen op de wettelijk bepaalde referentiekaders
  • De duidelijke procedures en afspraken voor de ontwikkeling en organisatie van de examens
  • De doelgerichte ambitiebepaling van team toetsing met een kwaliteitsvolle, stapsgewijze kwaliteitsborging van de toetsontwikkeling
  • De open en creatieve geest waarmee de medewerkers de toetsontwikkeling aanpakken
  • De inzet en professionaliteit van de medewerkers en de initiatieven om de professionaliteit te borgen en waar nodig te vergroten

Bron: Evaluatieverslag van de onderwijsinspectie

Onze sterke punten

  • De veranderingscapaciteit en veranderingsbereidheid van de organisatie met oog voor een efficiënte inzet van mensen en middelen
  • De systematische kwaliteitsbewaking van de examens in de meeste vakken
  • De openheid van de vakgroepen voor feedback
  • De inzet van de vakverantwoordelijken als draaischijf voor een kwaliteitsvol toetsproces en een kwaliteitsvolle vakgroepwerking

Bron: Evaluatieverslag van de onderwijsinspectie